vader en baby

Volgend jaar gaat de nieuwe vaderschapsverlofregeling in. Circa 50% van de mannen wil vanaf dan de volledige 5 dagen vol betaald verlof opnemen en 5 weken tegen 70% salaris.  Maar 87% zou liever veel langer verlof opnemen.

Dat blijkt uit onderzoek naar de nieuwe vaderschapsverlofregeling onder 1300 mannen en vrouwen waarover viking.nl bericht. Volgens een wetsvoorstel van Minister Koolmees gaat het vaderschapsverlof volgend jaar van 2 naar 5 betaalde dagen. Vanaf 2020 komen daar nog 5 weken bij, tegen 70% doorbetaling van het loon. Dit verlof moet binnen een half jaar na de geboorte worden opgenomen.

Voorkeur voor ander model

Bijna 3 van de 4 Nederlandse mannen en vrouwen zijn tevreden tot zeer tevreden over de nieuwe regeling. Maar vergeleken met andere Europese opties (Finse, Zweedse, Sloveense, en het voorstel van de Europese Commissie) zijn ze nog steeds ontevreden over het nieuwe Nederlandse model. Kiezend uit de opties van deze landen zou 87% van de mannen voor een ander model kiezen. 1/3 ziet liever het Zweedse model waar 16 maanden tussen de partners verdeeld kan worden, en 1/3 ziet liever het voorstel van de Europese Commissie, wat tot 4 maanden kan oplopen.

Peter Tromp van het Vader Kennis Centrum kan dat wel begrijpen: “Het vaderschapsverlof was met 2 dagen zo miserabel. Men is tevreden want er is eindelijk wat, maar vergeleken met de EU zijn we er nog niet. Daar is alles ruimer. Zeker in Scandinavië, daar hanteren ze in het beleid het gelijkheidsideaal terwijl hier in Nederland het huiselijkheidsideaal voorop blijft staan.”

Prioriteiten

De onderzoekers vroegen de respondenten ook hoe belangrijk ze verschillende factoren vinden bij hun keuze van de duur van het verlof. De meest belangrijke factoren waren ondersteuning van de partner tijdens verlof, en hechting met de baby. 90% van de respondenten zagen deze factoren als belangrijk voor hun afweging. Opvallend is dat hoewel 70% van de mannen zichzelf ziet als de broodwinner van hun huishouden, de financiën toch niet de belangrijkste afweging zijn in hun keuze van de duur van het verlof. Maar 76% van de mannen vond dit een belangrijke factor. Opvallend is dat  68% van mannen het belangrijk vindt dat ze echt wat kunnen bijdragen in het huishouden. Voor vrouwen ligt dit aantal veel lager. 47% is maar geïnteresseerd wat de man daadwerkelijk kan bijdragen.

Tromp heeft daar een mogelijke verklaring voor: “Als er een kind verwacht wordt, schieten vaders in de ‘doe modus’. Kinderzitjes kopen, kinderkamer klaarmaken, etc. Ze willen behulpzaam zijn. En dat zet zich door in de kraamperiode, want er wordt dan veel te weinig vader inclusief gedacht. Het gaat allemaal om de vrouw en het kind.” 

Werken blijft trekken

Maar dat werken blijft toch trekken aan mannen. 75% van de mannen zou tijdens het vaderschapsverlof een vinger aan de pols houden. 4 van de 10 zegt zelfs dagelijks werkactiviteiten uit te voeren. Slechts 25% van de mannen zegt hun werk helemaal naast zich te laten liggen. Daartegenover staat dat 44% van de vrouwen het werk volledig naast zich zou laten liggen tijdens het zwangerschapsverlof, en maar 12% zegt dat ze zich dagelijks met werk bezig zouden houden.

De onderzoeksresultaten wijzen er dan ook op dat mannen verlof nog steeds als een kleiner risico voor hun carrière zien dan vrouwen. Hoewel een verrassende 41% bang is dat langer vaderschapsverlof negatieve invloed zou kunnen hebben op het krijgen van promoties, is dit nog steeds een stuk minder dan de 74% van de vrouwen die denken dat zwangerschapsverlof dit soort negatieve effecten op hun carrière zal hebben.

You Tube

Een filmpje vat de onderzoeksbevindingen samen, klik hier

Bron: vikingdirect.nl

 

------
Abonneer u op onze gratis digitale nieuwsbrief en u ontvangt wekelijks een overzicht van relevante ontwikkelingen rond ouderschapskennis en –ondersteuning

LAAT EEN REACTIE ACHTER