Het gemiddelde inkomen van vrouwen daalt sterk na de geboorte van hun eerste kind, terwijl er voor de vaders een zeer beperkt effect is op het inkomen. Het loonverschil tussen vrouwen en mannen ontstaat in de eerste twee jaar na de geboorte van hun eerste kind. Gemiddeld is het loonverschil in de acht jaar na de geboorte 39 procent.

Ouderschap is één van de oorzaken van het blijven bestaan van de inkomensverschillen tussen vrouwen en mannen, meldt het Centraal Planbureau (CPB). Het bureau deed onderzoek naar de aspecten die de arbeidsparticipatie van vrouwen op lange termijn bepalen, het effect van ouderschap op het inkomen en collectieve voordelen van de economische zelfstandigheid van vrouwen.Volgens het CPB lijkt het erop dat voorkeuren en gevestigde rolpatronen een belangrijke rol spelen bij het ontstaan van dit verschil. De inkomensdaling is vooral het gevolg van een daling van het aantal gewerkte uren. Wel is de loonimpact kleiner onder hoogopgeleiden. Het verlies in inkomen van vrouwen ten opzichte van het inkomen van mannen na het krijgen van kinderen wordt door het CPB aangeduid als de child penalty.

Denemarken en Zweden doen het beter

Nederland doet het met 39 procent verschil slechter dan Scandinavië, maar beter dan Duitsland. Zo is de child penalty in Denemarken 21 procent en in Zweden 27 procent. Ook de Verenigde Staten doen het met 31 procent beter dan Nederland. Het Verenigd Koninkrijk scoort slechter (44 procent), net als Oostenrijk (51 procent) en Duitsland (61 procent).

De afgelopen decennia is de arbeidsparticipatie van vrouwen overigens wel sterk toegenomen. Dit komt onder meer door de stijging van het opleidingsniveau, het feit dat vrouwen later kinderen krijgen en veranderingen in cultuur en sociale normen. Ook beleid heeft een rol gespeeld. Al deze factoren hangen samen, schrijft het CPB.

Het is wel de vraag hoe de participatiegraad nog verder kan worden verhoogd. Omdat de participatie van vrouwen al hoog is, wordt het steeds lastiger om deze nog verder te verhogen. Omdat er veel in deeltijd wordt gewerkt, is er meer ruimte om het aantal gewerkte uren te stimuleren.

Ouderschapsverlof en kinderopvang

De mogelijkheden om via beleidsmaatregelen de arbeidsparticipatie te verhogen, zijn beperkt. Zo is voldoende aanbod van betaalbare kinderopvang een goede stimulans, hoewel hier hoge kosten mee gepaard gaan. Die worden in Nederland volgens het CPB al aangepakt met een “aanzienlijke” kinderopvangtoeslag, waardoor hier al niet veel meer te winnen valt.

Daarnaast zou een belastingstelsel dat individuele inkomens belast de arbeidsparticipatie van vrouwen meer stimuleren dan een stelsel dat huishoudinkomens belast.

Ouderschapsverlof voor vaders heeft vooral op de langere termijn effect op de verdeling van zorgtaken binnen het gezin. Op dit moment bestaat dit verlof al, maar is dit in Nederland nog wel relatief kort, schrijft het CPB. Er zou dus wel kunnen worden ingezet op een langer verlof.

Arbeidsparticipatie, gewerkte uren en economische zelfstandigheid van vrouwen >>

 

Bron: NU.nl

 

 

 

------
Abonneer u op onze gratis digitale nieuwsbrief en u ontvangt wekelijks een overzicht van relevante ontwikkelingen rond ouderschapskennis en –ondersteuning

LAAT EEN REACTIE ACHTER