Nu thuisonderwijs voorlopig de norm is, krijgen de ouders van meertalige kinderen met extra uitdagingen te maken. Dit geldt vooral als beide ouders thuis geen Nederlands spreken. 

Sharon Unsworth is universitair hoofddocent meertaligheid aan de Radboud Universiteit Nijmegen en doet onderzoek naar de taalontwikkeling van meertalige kinderen. Het Nederlandse onderwijs is volgens Unsworth ingericht voor ééntalige kinderen, terwijl de thuistaal van een kind juist kan helpen, bijvoorbeeld om de context van een opdracht te begrijpen. “Het klinkt tegenstrijdig, maar hoe sterker de thuistaal is, hoe makkelijker het gaat met het leren van Nederlands”, zegt Unsworth.

Taalachterstand

Volgens Unsworth wordt meertaligheid soms nog onterecht geassocieerd met een taalachterstand, hoewel daar langzaam verandering in lijkt te komen. “Engels is een taal met veel prestige. Iedereen vindt het prima als je Engels praat tegen je kind, maar bij andere talen, zoals Arabisch en Turks, is het helaas anders. Dat is jammer, want het heeft soms negatieve gevolgen voor hun meertaligheid.”

Het is niet zo dat meertalige kinderen altijd langzamer leren, zegt Unsworth. “Dat hangt van veel factoren af. Want hoeveel kansen zijn er binnen het gezin? Is er een laptop beschikbaar? En zijn de ouders überhaupt thuis? Thuisonderwijs is natuurlijk extra uitdagend als je zelf geen Nederlands kunt spreken, maar je hoeft het niet allemaal in het Nederlands te doen. Een andere taal helpt ook.”

Strategieën 

“Om een kind meertalig op te voeden, moet je consistent zijn”, zegt Franse moeder Aurélie. De kinderen van Aurélie zitten op een Nederlandse basisschool en krijgen nu dus ook te maken met thuisonderwijs. “We werken allebei en spreken niet al te goed Nederlands, dus thuisonderwijs is moeilijk”, zegt Aurélie. “Vooral Nederlands.”

Er zijn verschillende algemeen gebruikte strategieën om kinderen vloeiend meertalig op te voeden. Aurélie en haar Britse partner kozen voor de ‘one parent, one language-strategie’ (OPOL) een bekende methode om kinderen twee talen tegelijk te leren, waarbij iedere ouder in de eigen moedertaal tegen het kind spreekt. Een andere veelgebruikte strategie is ‘minority language at home‘ (ML@H), waarbij beide ouders thuis één taal gebruiken die in de omgeving in de minderheid is. Het kind leert de thuistaal eerst en daarna de taal die wordt gesproken in de samenleving, bijvoorbeeld wanneer het kind met school begint.

Bron: nu.nl

------
Abonneer u op onze gratis digitale nieuwsbrief en u ontvangt wekelijks een overzicht van relevante ontwikkelingen rond ouderschapskennis en –ondersteuning

LAAT EEN REACTIE ACHTER