‘Parents matter, but don’t make a difference, luidt de boodschap van het boek Blueprint van Robert Plomin. DNA bepaalt wie we zijn, is de centrale boodschap. Plomin: “Of je nu lijdt aan depressies, verslaafd bent aan roken of een voorliefde hebt voor lezen: het zit allemaal in je genen.”

Met behulp van tweelingstudies onderzoekt Plomin al ruim veertig jaar de overerving van onder andere intelligentie, sociaal gedrag en psychische aandoeningen. Tweelingen zijn ideaal om de invloed van genen en omgeving te bestuderen. Ze groeien samen op, of niet. En ze zijn genetisch identiek (eeneiig), of niet (twee-eiig). Daar valt aan te meten en rekenen.

Opvoedrol

Kinderen zijn geen hoopjes klei die je kunt boetseren, laat jij in een interview in NRC weten.  “Als we geadopteerd zouden worden, zouden we in essentie dezelfde persoon zijn. Toen ik in de jaren zeventig begon, leek het erop dat een eigenschap als vriendelijkheid nauwelijks genetisch bepaald was. Dat vond ik mooi, want dat betekende dat je je kinderen daadwerkelijk zou kunnen leren om vriendelijk te zijn. Maar inmiddels blijkt het net zo erfelijk te zijn als de rest.” En dus hebben onze ouders geen invloed op wie we worden?Behalve dan het feit dat we hun genen hebben geërfd. En natuurlijk zijn ouders alsnog van belang. Door hun kinderen te steunen, door ze te stimuleren in hun ontwikkeling. Door ze voor te lezen, door hun zelfvertrouwen te vergroten.”

Verwarrend

Met ‘erfelijk’ bedoelen genetici de mate waarin je verschillen tussen individuen kunt verklaren aan de hand van DNA-verschillen. Terwijl de meeste mensen denken: erfelijkheid is datgene wat je doorgeeft aan je nageslacht. “Maar dat schizofrenie voor 50 procent erfelijk bepaald is, betekent niet dat je kinderen 50 procent kans hebben om schizofreen te worden”, legt Plomen uit. “Dat lichaamslengte voor 80 procent erfelijk is, betekent niet dat je die lengte voor 80 procent aan je genen dankt. Het betekent alleen dat dát percentage van de verschillen tussen mensen op dat gebied kan worden toegeschreven aan het DNA. De rest hangt samen met omgevingsfactoren. Maar dat de term verwarrend is, betekent niet dat we hem niet moeten gebruiken of er geen onderzoek naar moeten doen. Al onze eigenschappen zijn erfelijk bepaald, dus het is een belangrijk onderwerp.”

Sleutelen aan genen risicovol

Plome geeft aan dat voor vrijwel alle belangrijke eigenschappen, zoals intelligentie of psychische aandoeningen, er sowieso niet één specifiek gen aanwezig is. “Het gaat om honderden, duizenden genen. Ons hele brein, ons hele lijf barst van de ingewikkelde pathways. Het zijn geen simpele modules die je zomaar van elkaar kunt scheiden. Daarom moet je ook heel goed weten wat je doet voor je aan genen gaat sleutelen. Als je één ongewenste eigenschap uitschakelt, worden gewenste eigenschappen daardoor misschien ook beïnvloed.”

Verder lezen

Dit is een samenvatting van het eerste gedeelte van het interview met Plomen. In de NRC gaat hij ook uitgebreid in op onder meer zijn tweelingonderzoek en het feit dat de invloed van afzonderlijke genen op psychische stoornissen veelal gering is. Lees verder >

 

Robert Plomin: Blueprint, How DNA Makes Us Who We Are
Penguin Books, 288 blz. €20,99

------
Abonneer u op onze gratis digitale nieuwsbrief en u ontvangt wekelijks een overzicht van relevante ontwikkelingen rond ouderschapskennis en –ondersteuning

LAAT EEN REACTIE ACHTER