Leg de lat niet te hoog voor ouders, adviseert prof. dr. Hedwig van Bakel. “Ouders hoeven niet alsmaar goed afgestemd te zijn op hun kinderen. Leer ouders in die eerste periode vooral veel tijd en oprechte aandacht aan hun baby te geven.” Maar zelfs als dat niet lukt, is er nog geen man over boord. “Na die eerste duizend dagen valt er met een juiste begeleiding nog veel te herstellen. Het wordt echt tijd om ons te richten op gehechtheid 2.0.”

Prof. dr. Hedwig van Bakel: “Professionals lijken soms geen genoegen meer te nemen met goed genoeg ouderschap”

Wat weten vanuit de wetenschap anno 2019 over de ontwikkeling van gehechtheid in de eerste duizend dagen?
“Eigenlijk evenveel als een halve eeuw geleden. De basis is in grote lijnen namelijk hetzelfde gebleven. Een vanaf de geboorte goede relatie tussen ouder en baby draagt zonder meer bij aan een goede ontwikkeling van het kind. Dankzij een goed opgebouwde gehechtheidsrelatie leert een kind zijn eigen gedrag te reguleren op het moment dat ‘ie van slag is. Wel is in de loop van de tijd de wetenschappelijke onderbouwing verbeterd, mede vanuit de neurowetenschap. We weten nu dat een goede ouder-kindrelatie samenhangt met een goed gereguleerd stresssysteem.”

Wat is voor ouders met name van belang om de hechting in die eerste duizend dagen goed te laten verlopen?
“Vertrouwen op je intuïtie en de tijd nemen om naar je te kind kijken. Plus de rust hebben om je kind te leren kennen, bij voorkeur zonder tussenkomst van al te veel professionals.”

Wat zijn de gevolgen van een haperende gehechtheidsrelatie?
Hierdoor kan met name de ontwikkeling van het gedrag onder druk komen te staan. Dit is echter geen wet van Meden en Perzen. Het is dus niet zo dat een slechte hechtingsrelatie tussen baby en ouders per se betekent dat het op latere leeftijd ook slecht zit. Als de gehechtheid in die eerste duizend dagen niet goed verloopt, dan is er later nog een heleboel te herstellen.”

Welke rol hebben zorgprofessionals in die eerste duizend dagen?
Een betekenisvolle relatie tussen ouder en kind is erg belangrijk voor de ontwikkeling van kinderen. Bij twijfels over het contact tussen ouder en kind is het zeker zaak om een vinger aan de pols te houden. Valkuil kan zijn dat zorgprofessionals te veel gaan problematiseren. Daar wil ik voor waarschuwen. Ouders hoeven niet 100 procent van de tijd die ze met hun kinderen doorbrengen optimaal afgestemd te zijn. In de praktijk zie je dat soms doorslaan. Er komen steeds meer cursussen voor ouders om ze te behoeden voor het maken van fouten. Hoewel aan de insteek veelal niets mankeert, kan dit ouders onzeker maken.”

Op 20 november spreekt prof. dr. Hedwig van Bakel over dit onderwerp tijdens de 5e editie van ons Babycongres. Alle informatie over het programma staat op de website van Euregionaal Congresburo: klik hier 

Bedoelt u dat ouders nu vaak te overladen worden met allerlei adviezen om het zo goed mogelijk te doen?
“Ja, inderdaad. Kijk maar eens naar het enorme aanbod aan gehechtheidscursussen en -trainingen. Op zich prima natuurlijk, maar het is mijn ervaring dat die veelheid in het aanbod ouders ook onzeker maakt. We moeten er dus voor oppassen dat we gehechtheid niet overwaarderen. Goed genoeg is goed genoeg. Als ouders het op hoofdlijnen redelijk tot goed doen, is het beter om terughoudend te zijn met allerlei adviezen en cursussen. Die zijn wel heel hard nodig wanneer de ouder-kindrelatie om welke reden dan ook echt onder druk staat. Dié gezinnen moeten we juist in een pril stadium beslist ondersteunen.”

Maar wanneer is goed genoeg niet meer goed genoeg en is het raadzaam om te interveniëren?
“Daar wil ik tijdens mijn lezing op het babycongres nader op ingaan, al is het een vraag die niet makkelijk en eenduidig is te beantwoorden.  Want het is een lastige afweging. Bij welke score op welk instrument of bij welk gedrag moeten de alarmbellen gaan rinkelen? Daar wordt momenteel veel onderzoek naar gedaan, maar dat staat nog in de kinderschoenen. Er kan namelijk geen cijfertje aan worden gehangen: zo van als een ouder 50% van de tijd adequaat reageert, dan gaat het goed met de gehechtheidsrelatie. Het lijkt niet zozeer te gaan over de manier van reageren op het huilen en het van slag zijn van hun kind, maar vooral dát ze dit doen! Nu zestig jaar na Bowlby wordt het tijd voor gehechtheid 2.0. Dáár wil ik het over hebben tijdens mijn lezing.”

Hoe luidt uw hartenwens?
“Geef als ouder volop liefde aan de baby, maar bied als professional gepaste ondersteuning. Doe dat  veelal met mate en pas als de ontwikkeling echt de verkeerde kant op gaat.”

Programma van de 2019-editie Congres Vroegsignalering bij baby’s >>

Hedwig is hoogleraar Infant Mental Health bij Tilburg University. Zij werkt als docent en onderzoeker op de afdeling Tranzo en is gz-psycholoog en IMH-specialist DAIMH. Ze houdt zich bezig met onderwijs en onderzoek naar de kwaliteit van de vroege ouder-kindinteractie, preventie en hulpverlening aan baby’s en hun ouders. Ze is projectleider van verschillende onderzoeken op het gebied van vroegtijdige signalering en interventies bij risico-baby’s en risico-gezinnen. Daarnaast is ze voorzitter van de Dutch Association for Infant Mental Health (DAIMH).

------
Abonneer u op onze gratis digitale nieuwsbrief en u ontvangt wekelijks een overzicht van relevante ontwikkelingen rond ouderschapskennis en –ondersteuning

LAAT EEN REACTIE ACHTER