In Nederland bestaan diverse preventieve opvoedprogramma’s, van onderzochte interventies tot ad hoc cursussen. CIKEO, voluit Consortium Integratie Kennisbevordering Effectiviteit Opvoedonzekerheid-interventies, wil op een flexibele manier orde in de opvoedsteun brengen.

‘Mijn zoon gamet tot diep in de nacht’, ‘mijn dochter van 12 maakt zich nu al flink op’, ‘onze peuter is ontzettend driftig.’ Veel ouders breken zich het hoofd over de vraag hoe ze met dit soort opvoedkwesties moeten omgaan.

Rigide

Ouders met vragen over een goede opvoeding kunnen nu voornamelijk op twee formele manieren steun krijgen, zegt Hein Raat, hoogleraar jeugdgezondheidszorg bij de Erasmus Universiteit Rotterdam en projectleider van CIKEO: door het volgen van een opvoedcursus en tijdens een spreekuur bij een pedagoog. “Veel interventies die ouders aangeboden krijgen, hebben een vaste opzet en kosten geld. Het aanbod is zo rigide, is de klacht. Wij willen een flexibeler en toegankelijker steunaanbod ontwikkelen. Daar hebben niet alleen ouders en hulpverleners behoefte aan, maar ook gemeenten en andere stakeholders.”

Steekproef

De onderzoekers van CIKEO kijken allereerst naar de praktijk van de opvoedondersteuning en de steunbehoeften van ouders en kinderen. Daarvoor doen ze onder meer een steekproef bij 1000 gezinnen. “We experimenteren dus niet, maar kijken wat er in de praktijk gebeurt. Met vragenlijsten, registraties en door zo mogelijk in de spreekkamer te kijken. Het is een hele klus om al die gezinnen te werven, ook al omdat ouders steeds vaker worden benaderd om mee te doen aan onderzoek.”

Werkzame elementen

Verder concentreren de onderzoekers zich in het onderzoek op werkzame elementen. Van de twintig interventies voor opvoedingsondersteuning die de Databank Effectieve Jeugdinterventies (DEI) nu bevat willen ze de werkzame elementen bepalen. Raat verwacht veel van de uitkomsten, omdat bepaalde werkzame elementen in veel interventies terugkomen. Dat geldt ook voor veel vragen en behoeften van ouders en jongeren. “Bijvoorbeeld: hoe geef je ouders zelfvertrouwen, hoe bevorder je een positief zelfbeeld bij kinderen? We denken ook wel in termen van competenties: welke opvoedcompetenties moeten de ouders hebben? Welke competenties hebben jongeren nodig? En hoe kunnen we die versterken? De opvoedsteun kan veel effectiever worden, als we hiervoor de werkzame elementen in beeld hebben.”

Modules

Met het onderzoek willen we een instrument ontwikkelen waarmee de behoefte van het gezin goed in kaart te brengen is. Daar sluiten dan modules bij aan die de onderzoekers ook hebben gedefinieerd. Raat: “Die bestaan uit een lijst met werkzame elementen ofwel technieken, die in een flexibele combinatie met elkaar kunnen worden aangeboden. Met behulp van een beslisboom kunnen professionals samen met ouders de passende modules kiezen. Denk aan verpleegkundigen bij consultatiebureaus, medewerkers van Centra voor Jeugd en Gezin, het schoolmaatschappelijk werk, peuterspeelzalen.” De bedoeling is dat ze de elementen in de modules vrijelijk kunnen gebruiken omdat daarvoor geen copyright geldt’, legt Raat uit. “Ouders feedback geven door middel van video-observatie is bijvoorbeeld geen auteursrechtelijk beschermde techniek.”

Nieuwe beweging

Raat benadrukt hoe vernieuwend het is om niet meer te denken in termen van totale interventies, maar van werkzame elementen. “Het is een nieuwe beweging, waarvoor ZonMw het initiatief heeft genomen.” Hij noemt het een uitdaging om deze theorie in onderzoek te vertalen. ‘Wat zijn precies effectieve elementen? Op welk niveau definieer je ze? Pak je daarmee de werkelijkheid? Dat gaan we nu in de praktijk ontdekken.”

Bron: zonmw.nl

------
Abonneer u op onze gratis digitale nieuwsbrief en u ontvangt wekelijks een overzicht van relevante ontwikkelingen rond ouderschapskennis en –ondersteuning

LAAT EEN REACTIE ACHTER