Pleegkinderen moeten gemiddeld tien maanden op aanvullende hulp wachten. De lange wachttijd zorgt bij pleegouders voor frustraties, onrust en een gevoel van onmacht. Bij pleegkinderen leidt het tot boosheid en stress: hun ontwikkeling staat stil en probleemgedrag neemt toe. Plaatsingen in de pleegzorg staan hierdoor onder grote druk. Dat blijkt uit onderzoek van de NVP.

Ruim driekwart van de pleeggezinnen die wachten op aanvullende hulp, weet niet hoelang dit nog gaat duren. Door de lange wachttijden hebben pleegouders het gevoel dat problemen verergeren. Dit dwingt hen ertoe zo goed en kwaad als het gaat om gedragsproblemen, achterstanden op school en trauma’s zelf op te lossen. Het wachten op hulp geeft pleegkinderen het gevoel dat ze niet worden gehoord. Ze komen met hun emoties in de knoop en vertonen agressief en impulsief gedrag. Ook groeit de weerstand tegen professionals en neemt het vertrouwen in hulpverleningsinstanties af. Ook voor eigen kinderen van pleegouders heeft het gevolgen: zij ervaren stress en hun draagkracht wordt minder door oplopende spanningen en irritaties in het gezin.

Dit alles zorgt ervoor dat pleegzorgplaatsingen op het spel staan: 16% van de pleegouders zegt dat een plaatsing bijna voortijdig is afgebroken of dat een plaatsing daadwerkelijk eindigde in een breakdown door onder andere het uitblijven van passende hulp.

Gemiddelde wachttijd tien maanden

In mei schreef Het Vergeten Kind dat de wachttijd voor diverse vormen van jeugdhulp, zoals therapie of diagnostiek, gemiddeld 44 weken is. Dit is voor pleegkinderen niet anders: gemiddeld wachten pleegkinderen ook tien maanden op passende hulp, zo blijkt uit ons onderzoek. Voor 76% van de pleeggezinnen en pleegkinderen die wachten op passende hulp is het niet duidelijk hoe lang ze nog moeten wachten op hulp.

Van de pleegouders die meededen aan het onderzoek heeft 65% op dit moment een pleegkind dat wacht op passende hulp of een vervolgplek om te kunnen wonen, of dit is in het afgelopen jaar zo geweest. 18% heeft langer dan één jaar op aanvullende hulp moeten wachten of wacht hier nog steeds op voor één of meerdere pleegkinderen.

Oorzaken van de wachttijden liggen volgens pleegouders bij vrijwel alle betrokken instanties en partijen. Jeugdbeschermers onderschatten de problematiek van pleegkinderen en er zijn te weinig vervolgplekken beschikbaar bij de pleegzorgorganisatie. Daar zijn ook te weinig professionals die pleegkinderen kunnen helpen en begeleiden. Het krijgen van indicaties bij gemeenten is een obstakel, net als de financiering van de hulp. Vaak wijzen instanties naar elkaar, waardoor besluiten uitblijven. Toestemming krijgen van ouders kan ook zorgen voor extra wachttijd.

Snelle aanvullende hulp juist voor pleegkinderen van belang

Het is niet eenvoudig om passende hulp te krijgen voor pleegkinderen, omdat pleegzorg al als hulp wordt gezien voor het pleegkind. Maar pleegzorg alleen is niet de oplossing. Hechtingsproblematiek, trauma’s en gedragsproblemen zorgen voor spanning en stress, zowel voor het pleegkind als voor het pleeggezin. Juist pleegkinderen hebben tijdig passende hulp nodig. Dit zou voor pleegkinderen makkelijker geregeld moeten kunnen worden om breakdowns en toenemende problematiek te voorkomen.

Aan het onderzoek deden 105 pleegouders mee. Zij vulden tussen 16 en 30 juni 2021 de enquête in. Alle uitkomsten van het onderzoek zijn terug te vinden in het verslag ‘Wachttijden passende hulp in de pleegzorg’.

Download onderzoek >>

Bron: denvp.nl

Zie ook:

------
Abonneer u op onze gratis digitale nieuwsbrief en u ontvangt wekelijks een overzicht van relevante ontwikkelingen rond ouderschapskennis en –ondersteuning

LAAT EEN REACTIE ACHTER