Het onderzoek van het Consortium Integratie Kennisbevordering Effectiviteit Opvoedonzekerheid (CIKEO) heeft meer inzicht opgeleverd in de zorgen van ouders over de opvoeding en in de effectieve elementen van opvoedprogramma’s. Deze kennis maakt vraaggerichtere steun aan ouders en beter advies aan gemeenten mogelijk.

‘Dankzij ons onderzoek weten we nu veel beter welke vragen ouders hebben over de opvoeding van hun kinderen’, vertelt hoogleraar jeugdgezondheidszorg Hein Raat, die het consortium leidt op zonmw.nl. Vergelijking tussen ouders die wel en ouders die geen opvoedprogramma hadden gevolgd gaf een onverwacht resultaat. Raat: ‘We konden niet aantonen dat ouders uit die eerste groep beter af waren dan ouders die geen opvoedprogramma volgden, noch dat hun kinderen minder problemen hadden. Maar de ouders die wel een programma hadden gevolgd, waren heel tevreden en gaven aan dat het geholpen had.’ Het gegeven dat ouders hulp zoeken, zegt wel iets over de ernst van de problematiek, denkt Raat. Mogelijk konden de onderzoekers daardoor geen verschil tussen beide groepen ouders aantonen.

Vraaggericht advies

Marlinda Stam werkte als jeugdarts bij Jong JGZ (voorheen Rivas-Careyn) mee aan de naturalistische effectstudie. Ze vindt het opvallend hoeveel ouders behoefte hadden aan adviezen of met vragen zaten. ‘Grenzen stellen stond met stip bovenaan bij de ouders die vragen hadden maar niet echt ondersteuning nodig hadden. Bij de ouders die wel ondersteuning wilden, ging het meer over driftbuien en agressie. Dat past bij wat wij in de spreekkamer zien.’

JGZ-professionals bleken het vaakst advies te geven over voeding. Stam: ‘Dat geeft mij het gevoel dat we nog meer moeten aansluiten bij de zorgen van de ouders en minder snel met onze eigen adviezen moeten komen. Inmiddels werken we landelijk al meer vraaggericht. Deze resultaten onderbouwen de noodzaak daarvan.’

Beslisbomen

De JGZ adviseert gemeentes over de opvoedprogramma’s die ze kunnen inkopen en wil daarom weten welke programma’s wanneer het meest geschikt zijn. De onderzoekers van CIKEO hebben daarvoor nu 2 beslisbomen opgesteld. Professionals kunnen die gebruiken bij hun advies aan ouders en gemeenten. ‘In die beslisbomen analyseren we de problematiek vraaggericht, dus aan de hand van wat de ouders of het gezin nodig hebben. We koppelen dat aan een passend aanbod of programma,’ verklaart Raat. Er zijn inmiddels 2 varianten van de beslisbomen voorgelegd aan JGZ-professionals. Met hun feedback worden deze instrumenten verder ontwikkeld.

JGZ belangrijkste opvoedadviseur

Het consortium onderzocht ook of het mogelijk was het aantal effectieve opvoedprogramma’s of interventies in de Databank Effectieve Interventies (DEI) ‘in te dikken’. Dat bleek niet haalbaar. De meeste ouders krijgen hun opvoedadviezen van de JGZ, verklaart Raat. Die levert dus belangrijke steun, maar JGZ-advies is geen opvoedinterventie zoals ze in de DEI staan. In veel van die interventies komen trouwens dezelfde effectieve elementen terug. Dat bleek toen de onderzoekers de effecten van opvoedprogramma’s in nationale en internationale literatuur analyseerden. Effectief zijn bijvoorbeeld groepsinterventies en elementen als doelen stellen en gedrag plannen, oefenen en herhalen.

Lees verder op zonw.nl >>

Gerelateerde links:  

ZonMw-thema Effectonderzoek

Interviewreeks met onderzoekers

Interviewreeks met praktijkprofessionals

Bron: zonmw.nl

------
Abonneer u op onze gratis digitale nieuwsbrief en u ontvangt wekelijks een overzicht van relevante ontwikkelingen rond ouderschapskennis en –ondersteuning

LAAT EEN REACTIE ACHTER