De groep gezinnen in stille armoede groeit. Armoede die niet direct zichtbaar is voor de buitenwereld. De inflatie stijgt harder dan lonen en uitkeringen. Het is een zorgelijke ontwikkeling die aandacht vraagt van professionals en beleidsmakers. Wat kun je doen? Medewerkers van het NJi schetsen de mogelijkheden.

‘Het is zaak om te praten over financiële zorgen en stress’, zegt Esther van Beekhoven van het NJi. ‘En niet alleen vanuit de hulpverlening. Juist gezinnen die nu nog niet in beeld zijn, kom je tegen door de huidige situatie ook te bespreken bij basisvoorzieningen en in de wijk. Je kunt het gesprek bijvoorbeeld openen door te zeggen: ‘Voor veel mensen geven de huidige prijzen van boodschappen en energie veel moeilijkheden. Hoe is dat voor jou?’ Die vraag erkent de situatie waar veel gezinnen nu mee te maken hebben en laat zien dat ze niet alleen zijn. Juist dat kan een opening zijn voor mensen om zich uit te spreken. Iets wat ze misschien op eigen initiatief minder snel doen.’

Tegelijk moeten professionals zich ervan bewust zijn dat signalen van financiële stress soms moeilijk te zien zijn. Van Beekhoven: ‘Mensen die met de huidige prijsstijgingen in de problemen komen, trekken niet allemaal snel aan de bel. Ze willen hun situatie misschien het liefst verbergen voor de buitenwereld. We lossen onze problemen graag zelf op. Juist daarom is het gesprek aangaan zo belangrijk. Het zorgt voor erkenning en laat zien dat jij er voor hen bent. Dat zij er dus niet alleen voor staan.’

Weet wat mogelijk is

‘En toch kan zo’n gesprek lastig zijn’, vult NJi-medewerker Ellen Donkers aan. ‘Je kunt als professional het gevoel hebben dat je wel wilt helpen, maar niets kunt betekenen voor een gezin met financiële stress. Verdiep je in dat geval eens in wat er mogelijk is binnen jouw gemeente en waar gezinnen recht op hebben. Door ouders daarover te informeren, verlaag je de drempel tot hulp.’

‘Natuurlijk is er altijd een grens aan wat je kunt doen’, vervolgt Donkers. ‘Zoek daarom uit welke professionals je in jouw wijk of gemeente kunt benaderen. In een gesprek kun je hier veel aan hebben. Zeg bijvoorbeeld: ‘Ik heb een collega bij het wijkteam die jou kan helpen. Zullen we die samen bellen?’ Als je zo een gezin snel in de richting van de juiste hulp leidt, kan dat een groot verschil maken in hun leven.’

Beleidsmaker, bied overzicht

‘Overigens is het laagdrempelig aanbieden van hulp ook een taak voor beleidsmakers’, zegt Donkers. ‘Het helpt wanneer er een overzicht bestaat van initiatieven, voorzieningen en mogelijkheden die een gemeente heeft voor gezinnen in armoede of financiële stress. Stel dat overzicht ter beschikking aan alle professionals die in hun werk gezinnen tegenkomen − van school tot buurtcentrum en van consultatiebureau tot jongerenwerk. Daarmee kun je voorkomen dat professionals het gesprek over armoede uit de weg gaan omdat ze misschien het antwoord op vragen niet hebben.’

Donkers pleit ook voor aandacht voor gezinnen met financiële problemen die geen recht hebben op bepaalde steun, bijvoorbeeld vanwege hun inkomen. ‘Voor deze gezinnen zijn soms creatieve oplossingen nodig. Kijk wat voor die groep wél mogelijk is en neem dat mee in het overzicht. Dit helpt professionals om met oplossingen te komen.’

Iedereen kan íets doen

Iedereen kan wel íets doen, benadrukt Van Beekhoven. ‘Juist in deze tijd ontstaan er veel mooie initiatieven. Zo delen ze in Rotterdam gratis ontbijtjes en energiepakketten uit, met tochtstrips en spaarlampen. Voedselbanken worden in winkelcentra ondergebracht en opgebouwd als supermarkt om een fijnere ervaring te creëren. Scholen bedenken uitjes en activiteiten waaraan alle kinderen kunnen meedoen. Hopelijk inspireren dit soort initiatieven ook weer andere professionals en beleidsmakers. Want iedereen kan iets doen om elkaar te blijven helpen, juist nu.’

Bron: nji.nl

Zie ook:

------
Abonneer u op onze gratis digitale nieuwsbrief en u ontvangt wekelijks een overzicht van relevante ontwikkelingen rond ouderschapskennis en –ondersteuning

LAAT EEN REACTIE ACHTER