Gedurende de lockdown in maart en april werden ouders en hun kinderen opgehokt in hun eigen huis. Opmerkelijk is dat jongeren in die periode minder ouderlijke ondersteuning ontvingen. Dat blijkt uit onderzoek van Monika Donker aan de Universiteit Utrecht.

Jeugdonderzoeker Monika Donker vroeg zich af welk effect het gedwongen samenzijn tijdens de lockdown had op de relatie tussen ouders en hun kinderen. “We verwachtten dat meer tijd samen doorbrengen zou leiden tot meer warmte en betrokkenheid tussen hen, maar de jongeren rapporteerden tijdens de lockdown juist minder ouderlijke ondersteuning.”

Donkers onderzoekresultaten zijn als preprint geplaatst op het Open Science Framework.

Donker is betrokken bij het INTRANSITION-project van de Universiteit Utrecht. Daarbinnen doet ze onderzoek naar, onder meer, de identiteitsontwikkeling van kinderen die de overstap maken van het basisonderwijs naar het voortgezet onderwijs. De eerste meetronde was in de herfst van 2019. De tweede meetronde vond plaats in het voorjaar van 2020. Omdat het land op slot ging, konden Donker en haar collega’s Susan Branje en Stefanos Mastrotheodoros analyseren wat deze uitzonderlijke situatie voor effect had op de relatie tussen ouders en kinderen.

Afname positief ouderschap

In de herfst van 2019, vóór de lockdown, ervoeren jongeren dus meer ouderlijke ondersteuning dan tijdens de lockdown. Ouders op hun beurt rapporteerden een afname van het zogenoemde ‘positief ouderschap’. Donker: “Denk bij positief ouderschap aan een compliment geven aan hun kind als het iets goed doet, of met het kind praten over vriendjes en vriendinnetjes.” Daarmee lijkt het er op dat ook de ouders hun relatie met hun kinderen tijdens de lockdown als minder warm en ondersteunend ervoeren.

Gedoe en irritaties

Donker stelt dat er natuurlijk altijd dagelijks gedoe en irritaties tussen ouders en kinderen zijn, zeker als de kinderen in de puberteit zijn. Donker: “Waar adolescenten normaal aan gedoe en irritaties kunnen ontsnappen doordat ze bijvoorbeeld naar school of naar sport gaan, en waar ouders even aan kunnen ontkomen door buitenshuis te werken, was er nu door de ophokplicht van de lockdown geen ontkomen meer aan. Dat had kennelijk zijn weerslag op de ervaren warmte binnen de relatie tussen ouders en kinderen.”

Vermijden van conflictonderwerpen

Tegelijkertijd rapporteerden de kinderen een afname van negatieve interacties tussen hen en hun ouders. Negatieve interacties tijdens de adolescentie hebben vooral betrekking op dagelijkse beslommeringen en worden geacht een belangrijke functie te hebben in de ontwikkeling van een meer gelijkwaardige relatie tussen ouders en jongeren. “Negatieve interactie kan voortkomen uit conflictonderwerpen als uitgaan en tijd doorbrengen met vrienden. Dat sociale aspect viel weg tijdens de lockdown. Andere conflictonderwerpen als huiswerk, irritant gedrag en telefoon- of computertijd werden in de interactie wellicht vermeden om een positief gezinsklimaat te handhaven.”

Bron: uu.nl

 

------
Abonneer u op onze gratis digitale nieuwsbrief en u ontvangt wekelijks een overzicht van relevante ontwikkelingen rond ouderschapskennis en –ondersteuning

LAAT EEN REACTIE ACHTER