Onlangs vierden wij de verjaardag van mijn moeder. Een hoop mensen hadden onze verstandelijk beperkte dochter met een ernstige spraak-taalontwikkelingsstoornis lang niet gezien. Ze waren onder de indruk van haar voorruitgang. Inderdaad maakt ze grote sprongen. Ik antwoordde trots: “Ja he! Ze doet nu mee. In ons gezin, in de wereld.”

Jarenlang heeft ons vlindertje eerst in haar eigen cocon en daarna in een soort parallelwereld geleefd. Haar eerste jaar was ze zo snel overprikkeld, dat ze zich alleen maar achter haar handjes verschool. Later werd dit iets minder, maar ze bleef toch een beetje leven in haar eigen werkelijkheid. Als je nauwelijks communicatiemogelijkheden ter beschikking hebt, is de wereld om je heen ook echt onbegrijpelijk.

Inmiddels zijn we echt uit die fase: ze maakt onderdeel uit van ons gezin, draait mee in het gezinsritme. En toch vraag ik me soms af hoeveel ze nu echt van ons meekrijgt. Ik weet en zie dat ze heel goed kan observeren: ze kijkt en kijkt en kijkt, en doet je dan ineens na. Maar of ze nu echt in de gaten heeft waar haar broer of wij mee bezig zijn? Ik betwijfel het vaak…

Tot vorige week.

Na een vermoeiende dag op school liep ze in de woonkamer rondjes. Dat doet ze altijd om zichzelf weer een beetje te reguleren. Ze humt of neuriet daar vaak liedjes bij, meestal de standaard kinderliedjes. Maar nu hoorden haar broer en ik iets anders. Het was een bekend melodietje, maar we kwamen niet op het liedje. Met haar onverstaanbare klanken zong ze er woorden bij: “da, da, da, oujes wan roep rie”…

Geen idee…

Toen riep mijn zoon uit: “Dag, dag, dag ouders van groep drie”. “Ze zingt juf Ank!!”

Ons vlindertje begrijpt wel degelijk waar wij mee bezig zijn…

© Leontien Sauerwein (www.leontiensauerwein.com)

------
Abonneer u op onze gratis digitale nieuwsbrief en u ontvangt wekelijks een overzicht van relevante ontwikkelingen rond ouderschapskennis en –ondersteuning

LAAT EEN REACTIE ACHTER